Welkom op Delfstoffen
online - informatiesysteem voor oppervlaktedelfstoffen in Nederland
De ondiepe ondergrond
van Nederland bestaat voor het grootste deel uit zand, klei en grind. Er wordt
van deze materialen ongeveer 90 mln ton per jaar
gewonnen voor verschillende toepassingen, met name in de bouw. Inclusief import
en secundaire materialen ligt het Nederlandse verbruik op ca. 150 mln ton per jaar wat, voor een beeld, overeenkomt met een
kiepwagenlading per gezin per jaar.
We vinden de
beschikbaarheid van deze grote hoeveelheid materialen net zo vanzelfsprekend
als water uit de kraan. Hiervoor moet jaarlijks ca. 400 ha worden afgegraven,
waarbij in de regel een waterpartij ontstaat, tegenwoordig meestal in
combinatie met natuur of recreatiemogelijkheden. Dit ruimtebeslag is in
vergelijkbaar voor dat voor woningbouw en bedrijventerreinen bescheiden, maar
voor een stabiele grondstoffenvoorziening moet er in de ruimtelijke ordening
wel rekening mee worden gehouden. Dit gebeurt door het inpassen van winning in
ruimtelijke plannen, maar ook door ernaar te streven dat belangrijke
delfstofvoorraden niet ontoegankelijk worden (‘gesteriliseerd raken’), door er
bijvoorbeeld bovenop te bouwen.
Om rekening te kunnen
houden met delfstoffen is informatie over waar zich geologische voorraden
bevinden. Delfstoffen online geeft hiervan een eerste indruk.
· Kies voor interactieve
delfstofkaarten onder “Voorkomen Delfstoffen”
· Onder “overige
informatie” vind u, naast de verantwoording van de delfstofkaarten, feiten en
cijfers over de Nederlandse grondstoffenvoorziening
· Lees ook de disclaimer
Voorkomen delfstoffen
·
Zand en grind (hulp / instructies)
Overige informatie
·
Verantwoording,
technische gegevens
·
Verklarend woordenboek “Grondsoorten en Delfstoffen bij Naam”
·
De Nederlandse grondstoffenvoorziening in cijfers
·
Landelijk bouwgrondstoffenbeleid: de bouwgrondstoffentoets (Nota Ruimte, VROM)
Delfstoffen Online is door TNO ontwikkeld met steun van VIBO, een
onderzoeksprogramma van het Ministerie
van Verkeer en Waterstaat
en de gezamenlijke provincies.